RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Advies voor aanpassing bodemnormen arseen, nikkel en DDT/drins http://rivm.nl/Documenten_en_publicatie ... _DDT_drins
Publicatiedatum: 24-09-2015
Het RIVM heeft voor een aantal bestrijdingsmiddelen en metalen onderzoek gedaan naar de bodemnormen. Hieruit blijkt dat de huidige bodemnormen voor arseen, endrin en het totaal aan DDT-verbindingen, het ecosysteem onvoldoende beschermen. Voor dieldrin en aldrin zijn de normen wel toereikend. Het RIVM adviseert de huidige bodemnorm voor nikkel te versoepelen.
DDT en drins
De onderzochte bestrijdingsmiddelen zijn de zogeheten drins (dieldrin, aldrin, endrin) en DDT, en de bijbehorende afbraakproducten DDD en DDE. Deze bestrijdingsmiddelen zijn verboden, maar zitten in sommige gebieden van Nederland nog steeds in de bodem.
Bij het afleiden van nieuwe ecologische risicogrenzen waarop bodemnormen worden gebaseerd is niet alleen gekeken naar het directe effect van chemische stoffen op de organismen die in de bodem leven, maar ook naar de stapeling van die stoffen via de voedselketen in grotere dieren, zoals roofvogels. Kleine vogels en zoogdieren krijgen de stoffen binnen via het eten van wormen en andere bodemdieren en geven ze vervolgens door aan grotere roofvogels. Voor endrin en het totaal aan DDT-verbindingen is deze stapeling in de huidige normen nog onvoldoende afgedekt.
Arseen
Het RIVM adviseert op grond van de nieuwe risicogrenzen de bodemnorm voor arseen aan te scherpen om zo bacteriën en schimmels te beschermen tegen hoge arseenconcentraties. Bacteriën en schimmels zijn belangrijk om de bodem gezond te houden maar ze blijken heel gevoelig te zijn voor arseen. Als ze door de aanwezigheid van een kleine hoeveelheid van deze stof minder goed functioneren, kan er in de bodem bijvoorbeeld een tekort ontstaan aan bepaalde voedingsstoffen. De oude normen hielden weinig rekening met deze gevoeligheid.
Nikkel
Het RIVM adviseert om de bodemnorm voor nikkel voor de meeste bodemsoorten te versoepelen. Nieuw is dat bij deze risicogrenzen rekening is gehouden met de mate waarin bodemorganismen blootstaan aan de vervuilende stof (biobeschikbaarheid). Uit de bodem komt namelijk niet de totale concentratie vrij, omdat een deel aan de bodemdeeltjes ‘vast blijft zitten’. In welke mate dat gebeurt is afhankelijk van de samenstelling van de bodem, en verschilt dus per bodemtype.
Alvorens nieuwe normen toe te passen in de bodemregelgeving weegt het ministerie van Infrastructuur en Milieu de adviezen van het RIVM af. Hierbij kijkt het ministerie naar de mate waarin stoffen voorkomen, de mogelijkheden om afgegraven grond opnieuw te gebruiken en de kosten.
Het is 2015 (NB!) en het RIVM meldt dat DDT en drins (dieldrin, aldrin, endrin) en afbraakprodukten DDD en DDE in sommige gebieden in Nederland nog steeds in de bodem zitten?
Persoonlijk vind ik het een opmerkelijke uitspraak van het RIVM. Het is een statement: belangrijke bevestiging en bewijs.
Via de voedselketen komen de bestrijdingsmiddelen ook bij de mens en in het lichaam terecht. Mensen kunnen daar erg ziek van worden.
Regulier schenkt daar geen aandacht aan. Complementair wel.
Veel mensen vragen zich waarschijnlijk af is dat ernstig dan? Ja, er ontstaan ernstige beschadigingen aan het zenuwstelsel. Dergelijke stoffen nestelen zich bij voorkeur in het vettige weefsel van de zenuwen en de hersencellen. Daar veroorzaken zij geleidingsstoornissen en beschadigingen. Zo ontstaat een beeld van polyneuropathie https://www.neurologie.nl/publiek/patie ... uropathie/
Het zenuwstelsel in hersenen, hersenstam, ruggenmerg en het perifere zenuwstelsel wordt aangetast. Er ontstaat uitval van gevoelszenuwen en functiestoornissen van de motoriek, het beenmerg raakt aangetast, de rode bloedcellen zijn verstoord, aantasting van hormoon vormende organen. Het kan zelfs leiden tot blindheid. Ook de vitamine B12 inbouw wordt aangetast, terwijl de citroenzuurcyclus vertraagd raakt. Sommige stoffen veroorzaken haaruitval.